Anetta Maria Kesler

 

NL

Anetta Maria is geboren te Bandung op 20 december 1862, als dochter van de uit Amsterdam afkomstige Dorus Pieter Kesler en vermoedelijk diens Chinese tweede echtgenote Po Nio.  Als op 9 jarige leeftijd haar vader komt te overlijden, komen zij en haar jongere broer en zus in het Prapatan weeshuis terecht.

Het Parapatan weeshuis te Batavia

In hun reglement wordt in artikel 2 vermeld dat: Het doel dezer inrigting is, om weezen en verlaten kinderen in Nederlandsch Indie voorkomende, van christen ouders, afstammelingen van Europeanen, voor welke geene,
of geene genoegzame middelen aanwezig zijn, te verzorgen en op te voeden.

Artikel 5 vermeld: Kinderen , die niet ten volle drie jaren oud zijn, en zij, die hun tiende jaar reeds hebben bereikt, kunnen niet worden aangenomen.

Artikel 9 vermeldt dat: De kinderen zullen, alvorens in het gesticht te worden toegelaten, behoorlijk moeten zijn gevaccineerd en voorts door eenen erkenden geneesheer , zoo mogelijk van de laatste woonplaats der kinderen, moeten zijn geexamineerd , zoowel voor hunnen gezondheids - toestand in het algemeen, als in het bijzonder tot onderzoek of zij vrij zijn van besmettelijke ziekten, ligchaams- of andere gebreken. Van ander zal eene behoorlijke verklaring bij de aanbieding der kinderen moeten worden overgelegd. De opname van kinderen zal bovendien worden voorafgegaan door een persoonlijk onderzoek van den geneesheer des gestichts.

Artikel 13 vermeldt dat: De kinderen worden in de christelijke
godsdienst opgevoed en onderwezen . Tot de jaren van onderscheid gekomen , is het hun vrij gelaten in zoo danige kerkgenootschap te treden , als zij zullen verlangen.

Artikel 14 vermeldt dat: De strekking van het gewoon onderwijs
zal zijn , om de kinderen bekwaam te maken, om, het verlaten van het gesticht, zelven voor hun onderhoud te kunnen zorgen. Zij ontvangen onderwijs in de gronden der Nederduitsche taal , in het lezen , schrijven , rekenen , de aardrijkskunde en geschiedenis , waar bij hen zooveel mogelijk een denkbeeld zal gegeven worden van kunsten en wetenschappen , in verband tot de meest al gemeene ambachten .
Dagelijks, zon- en feestdagen uitgezonderd , ontvangen de kinderen het onderwijs van daartoe door de directie aan te wijzen leermeesters. De meisjes worden bovendien onderwezen in vrouwelijke handwerken , en overigens in zoodanige huishoudelijke zaken, welke hen geschikt kunnen maken, om in huishoudingen tot hulp te verstrekken. Afzonderlijke reglementen zullen meer bijzonderlijk het onderwijs der kinderen bepalen .

Artikel 16 vermeldt dat: De verzorging van , en het toezigt over de kinderen door het gesticht, strekken zich uit, tot aan hunne meerderjarigheid. De meisjes moeten als dan, de jongens echter reeds met het bereiken van hun achttiende jaar, het gesticht verlaten . De directie zorgt, dat zij als dan eene geschikte plaatsing of middel van bestaan erlangen. De kinderen kunnen het gesticht eerder verlaten, en wel bij het bekomen van zoodanige plaatsing of middel van bestaan , of bijaldien zich personen op doen , die aannemen om in hunne verdere opleiding en verzorging te voorzien , en voor de meisjes tevens bij eerder huwelijk.

 

Er bestaat ook een reglement met betrekking tot het onderwijs en de onderwijzers. Artikel 5 vermeld hierover dat Aan leerlingen , welke reeds eene genoegzame kennis der Nederduitsche taal hebben verkregen , zal de Directie , bij daartoe bestaande gelegenheid , de Engelsche
taal kunnen doen onderwijzen.

 

Mogelijk kreeg Anetta Maria les in de Engelse taal en kon dat later goed gebruiken in Singapore waar ze uiteindelijk twee keer huwde met Britse partner.   

 

Soerabaijasch handelsblad 04-09-1882
In onderstaand artikel uit het Soerabaijasch handelsblad 04-09-1882, wordt een meisje A.M Kesler genoemd:

 

Excerpten uit het 48ste Jaarverslag VAN DE DIRECTIE VAN HET Parapattan Weezen-Gesticht te Batavia
(Opgericht in het jaar 1832. Nu het jaar 1881 sints eenigen tijd is ten einde gespoed, voldoen wij wederom bij deze aan onze verplichting, door verslag uittebrengen van onze verrichtingen gedurende dat tijdvak en tevens mededeeling te doen van het meldenswaardige, in de hoop dat de kennisneming daarvan het hare er toe moge bybrengen om allen, die ons hun steun hebben verleend de overtuiging te schenken, dat daarvan een nuttig gebruik is gemaakt en dat de wetenschap, dat wederom eenige wezen aan moreelen ondergang in de kampongs lijn onttrokken en anderen tot nuttige leden der maatschappij zijn gevormd, eene opwekking moge zijn voor diegenen, welke ons hunne medewerking onthielden, om ook het hunne bij te dragen tot in stand houding eener Inrichting, die thans, niet zonder moeiten en zorgen, haar 50e levensjaar is ingetreden. Tegen 24 jongens en 48 meisjes, die op het einde van 1880 in het Gesticht werden verpleegd, bedroeg het aantal op Ult. December 1881 respektivelijk 23 en 41. Het Gesticht verlieten de navolgende 5 meisjes, als:

M. Bangert.
J. M. Gebhardt.

C. J. M. van Poelwijk.
A. M. Kesler en, 
E. Buys,
waarvan de 4 eersten in betrekking traden, respektivelijk bij de familiea Andriesse te Soerabaia. Bik te Tjiaroea, Aeckerlin te Benkoelen en Bijvanck te Makassar, terwijl de laatste werd opgenomen bij hare zuster, mevr. Angenent te Padang, en: 3 jongens, zijnde
L. F. K. Baehr,
welke werd opgenomen b|j de familie Arnold alhier, na met gunstig gevolg examen te hebben afgelegd voor de telegrafie,
W. A. P. F. L. Sijnja,
die, mede met gunstig gevolg, examen deed voor denzelfden tak van dienst en wien huisvesting werd verleend (bij zijnen zwager, de Heer Scheffer te Meester Corcelis, en
A. J. G. M. Kiemeneij, die, eervol ontslagen uit den dienst der Bataviasche Havenwerken, eene plaatsing bekwam aan de Algemeene Sekretarie en werd opgenomen door mevr. de Wed. Sol, alhier.

De aanvragen om meisjes ter assistentie in de huishouding, waren het vorige jaar talrijker dan gewoonlijk, zoodat wij ons zelfs verplicht hebben gezien enkele aansoeken af te wuiven of tot later aan te houden. Wel is waar is het aantal meisjes, welke naar leeftijd te oordeelen voor een plaatsing elders souden kunnen in aanmerking komen, nog vrij groot, doch moet men daarb|j niet vergeten, dat eenigen steeds in het gesticht emplooi vinden ter assistentie in de verzorging d«r jongeren, terwjjl anderen, hoewel in het Gesticht verblijf houdende, te Batavia een werkkring is geopend en daarenboven wanneer aanvragen om meisjes bij ons inkomen, onze verantwoordelijkheid ons gebiedt den aard dier aanvragen te toetsen aan de meerdere of mindere geschiktheid der individuen, daarvoor te bestemmen. Het is echter ook speciaal voor de jongens bezwaarlijk eene plaatsing te krijgen en roepen wij daarvoor bij deze bij vernieuwing de medewerking in van eigenaren of beheerders van ondernemingen van landbouw en nijverheid, die sich op dese wijse de hulp kunnen verzekeren, op billijke voorwaarden, van jongelingen, die behoorlijk lager onderwijs hebben genoten. Op initiatief van onze mededirekteur de Heer H. E. Levert Jr. werd een aanvang gemaakt met de oprichting eener gymnastiekloods op het erf achter het Gesticht.
Uit de hierachter getoegde Winst en Verlies Bekening bl|jkt, dat wij bij de afsluiting van het jaar op een voordeelig saldo van f 646.01 kunnen wijzen. Is deze toestand, in vergelijking van dien waarin de meesten onser susternstellingen verkeeren, bevredigend te noemen, toch moet niet uit het oog verloren worden dat het onderhoud van een 60 a 70 tal kinderen, hetwelk, zonder onze statuten U buiten te gaan, kan klimmen tot 90, waarvoor in het Gesticht plaats is, groote kosten na zich sleept. Wjj vertrouwen dan ook, dat men niet op grond van dit betrekkelijk gunstig resultaat de milde hand van ons zal afwenden, doch integendeel ons steeds zal blijven steunen, daar zonder buitengewone omstandigheden, ongetwijfeld een deficit zou geconstateerd zijn, zooals hierna blyken zal. Aan contributies en donaties werd dit jaar ontvangen: f 10629.97 tegen. f 12895.36 in 1880, alzoo eene vermindering aantoonende van f 2265.89

 

Familie C.N.C. Bijvanck

C.N.C Bijvanck werkte voor de kamer van koophandel in Palembang. Aldaar werden geboren zoon Gerardus Franciscus Hendrik in 1875 en  Maria Carolina, in 1877. In 1881 vertrok hij met zijn gezin naar Makassar, waar Anetta Maria hen zou gaan vergezellen als huishoudster 

 

Mr. Händel
Anetta Maria, die zichzelf Maria of Marie noemde,  zag het levenslicht in het nog piepkleine dorpje Bandung op 20 december 1862, waar ze haar vroege jeugd doorbracht. Wie haar moeder is, is niet zeker. De moeder van haar oudere broer David Pieter luistert naar de naam Tjam Lon Nio. Die van haar jongste zusje luistert naar de naam Po Nio.

Na het overlijden van haar vader Dorus Pieter Kesler in 1871, komen zij en haar broers en jongere zuster met moeder in Batavia terecht waar ze goed onderwijs kunnen volgen. Op een goed moment verruild ze volgens neef Anton Pieter Makatita Batavia voor Singapore. Ze vertrekt met een Zwitserse heer met de achternaam Händel. Dit verhaal wordt bevestigd door een van haar kleinzoons. Aan deze relatie met de heer Händel komt een einde. Ze heeft dan als alleenstaande ouder, een aantal kinderen onder haar hoede waarvan niet bekend is of ze de biologische moeder is. Van twee van deze kinderen is de naam bekend. Zij heetten Dennis en Gustave Alphonso. Die laatste vind ik terug in het zogenaamde Straits Settlement Blue book for the year 1926, een soort almanak. Hij staat geregistreerd als klerk in de Singapore Post Office, waar hij Senior mailofficer is. Het lijkt erop dat hij op 1 juli 1926 is aangenomen. Zijn jaarsalaris is vastgesteld op 900 Singaporese dollar. Volgens een genealogie  op geneanet moet hij zijn geboren rond 1880. De genealogie is specifiek opgezet voor Burghers en Eurasians. In 1931 is hij Inspector of postmen 1 grade.

 

Henry Deans
Kort daarna ontmoet ze de in 1858 in Newton-upon-Ayr, Ayrshire, Scotland geboren Henry Deans. Henry is een zeeman. Hij is onder andere kapitein geweest van het stoomschip de 'Glennfalloch', dat het derde exemplaar was van een klasse schepen die gebouwd werden door scheepsbouwer River Clyde shipyards of the London & Glasgow E. & I,  gesitueerd in Govan, Glasgow. Het schip werd voltooid in 1873 en bezorgd bij haar eigenaren Alan C. Gow & Company, Scotland. Dit type schip werd speciaal in dienst genomen voor de lijn naar Penang, Malakka en Singapore. In 1897 werd het schip verkocht aan de Singaporese rederij Lim Ho Puah. Waarschijnlijk blijft Henry kapitein tot zijn dood. Henry en Annetta Maria trouwen  op 4 september 1902 te Singapore. Henry is dan 44 en Annetta Maria 39. Hij adopteerde Annetta Maria's kinderen zodat ze zijn achternaam konden dragen. Samen krijgen ze nog twee zoons, Harding Stanley in 1900 en Robert Andrew in 1902. ze vestigen zich in een huurwoning op 5-2  Kramat road in Singapore. Henry overlijd veel te vroeg en ligt begraven in de Kampong Java Road cemetery, dat in de jaren 80 werd verwijderd voor de bouw van het openbare Kampong Java park. Opnieuw staat Anetta Maria er alleen voor. Onder een bericht over de Glennfalloch uit The Straits Times van 14 september 1907.

 

Ik vond ook nog onderstaand artikel in de Bataviaasch nieuwsblad 11-03-1904:
Per ss. Reael. zullen morgenochtend 9 uur vertrekken naar Billiton, Singapore, Penang, Sabaog. Sambas. Pemangkat en Singkawang: R. Tedeschi, Th. Preotisen echtgenoote, mevrouw, Wortman mevrouw Badart en kind, Hasan Abdat, Kasteleijn, mevrouw Deans en kind, mevrouw Latina Lingeri en dek passagiers.

 

Frederick Richard Day (Fred)
Een derde partner vindt ze in zeevaarder Richard Frederick Day. Fred, oud zeevaarder, wordt hotelmanager in het Hotel de la Paix in de Colemanstreet. Dit hotel was een van de eerste fatsoenlijke hotels in Singapore. Het is gebouwd in 1865. In advertenties, geplaatst in George Murray Reith’s Handboek voor Singapore en in de 1902 edititie van de Singapore and Straits Directory, wordt Hotel de la Paix beschreven als een first-class hotel located in “one of the healthiest and most central localities of the city”, and “within easy distance of telegraph, post and other offices”. De advertenties melden ook de hotel’s telephonic communication to all parts of the city; its unparalleled cuisine; quality wines and spirits; comfortable beds; and the well-furnished sitting rooms, showers, cold baths and billiard tables. Het gebouw is gesloopt in 1965 om ruimte te maken voor het Peninsula Shopping Centre. Onder een foto van het Hotel de la Paix, Singapore. Annetta Maria zou volgens Anton Pieter Makatita in Singapore ook een boutique hebben gehad. Richard en Annetta Maria krijgen een zoon genaamd Richard, roepnaam Dicky.  

 

Anetta Maria en Fred stierven beiden in de jaren '30 in Singapore. Richard Frederick Day overleed voor Annetta Maria en zijn wens was om te worden gecremeerd en zijn as verstrooid in de zee. De reden was dat hij het grootste deel van zijn leven zeeman en scheepskapitein was geweest en hij van de zee hield.

 

Later, toen ook Annetta Maria overleed, vertelde ze haar familie dat ze ook gecremeerd wilde worden en dat haar as in zee zou worden uitgestrooid, zodat ze in het hiernamaals weer samen met haar geliefde echtgenoot Richard Frederick Day zou kunnen zijn. Robert Andrew Deans was een van haar zonen die het crematievuur heeft aangestoken.

 

 

 

EN
Anetta Maria was born in Bandung on December 20, 1862, as the daughter of Dorus Pieter Kesler, who originated from Amsterdam, and presumably his Chinese second wife Po Nio. When her father dies at the age of 9, she and her younger brother and sister end up in the Prapatan orphanage.

The Parapatan Orphanage foundation

Their regulations state that according to article 2The object of this institution is to provide for , and to educate Orphans and abandoned children, of Christian parents, descendants of Europeans, for whom no, or not sufficient means exist.

Article 5 states that Children not fully three years of age or those who have passed ten years , cannot be admitted .

Article 9 states that: Before being admitted to the institution, the children must have been properly vaccinated and must also have been examined by a recognized physician, if possible from the last place of residence of the children, both for their health condition in general and in particular. to check whether they are free from contagious diseases, physical or other defects. A proper statement from others will have to be submitted with the presentation of the children. The admission of children will also be preceded by a personal examination by the physician of the asylum.


Article 13
states
that: The children shall be taught and brought
up in the Christian religion . Having arrived at the
age of discretion, they will be allowed to profess such religion as they may think fit.

Article 14 states that: The tendency of the usual instruction shall be , to make the children capable of obtaining a living when they leave the institution .
They shall receive instruction in the Dutch language, reading , writing, arithmetic , geography and history, besides which , some general knowledge of the arts and sciences shall be given them , in as much as the same may connected with the most general trades. The children shall receive daily instruction from teachers chosen by the Direction , with the exception
of Sundays and Holidays. The girls shall be taught sewing, as also in such
matters connected with housekeeping , as will render them capable of being of assistance in houschold affairs. The instruction of the children will be regulated by separate rules.

 


Article 16
states that:
Art. 16. The care of and the direction over the
children of the institution continue until their majority The girls must then leave the institution, the boys when they are eighteen years old . The Direction will take care , that they then obtain a proper place or means of living. The children however , can leave the institution at an carlier age , provided they obtain a proper place, or means of living , or in case any one may come for
ward , who will agree to provide for their further instruction and wants ; the girls also when carlier married .

 


There are also regulations regarding education and teachers. Article 5 states that to pupils who have already acquired a sufficient knowledge of the Dutch language , the Board will, when there is an opportunity to do so, provide to teach the Enghlish language.

 


Possibly Anetta Maria received lessons in the English language and could use it later in Singapore, where she eventually married twice with a British partner.

 

Soerabaijasch handelsblad (newspaper) 04-09-1882
The article below from the Soerabaijasch handelsblad 04-09-1882 mentiones a girl named A.M. Kesler:

 

Excerpts from the 48th Annual Report OF THE DIRECTOR OF THE Parapattan Orphanage in Batavia (Established in the year 1832. Now that the year 1881 has for some time come to a close, we hereby again fulfill our obligation, by giving an account of our operations during that period, and also giving notice of the reportable, in the hope that may the knowledge of it lead her to convince all who have supported us that a good use has been made of it, and that the knowledge that once again rescued some creatures from moral ruin in the kampong line and led others to useful members of society have been formed, may be a revival for those who withheld their cooperation from us, in order to contribute theirs also to the maintenance of an Institution, which has now entered its 50th year of life, not without difficulty and care. 24 boys and 48 girls, who were nursed in the Asylum at the end of 1880, were 23 and 41 respectively at the end of December 1881. The G esticht the following 5 girls left, as:

 

M Bangert.

J.M. Gebhardt.

C.J.M. van Poelwijk.

A. M. Kesler and,

E Buys,

of which the 4 first entered into employment, respectively with the Andriesse family in Soerabaia. Bik in Tjiaroea, Aeckerlin in Benkoelen and Bijvanck in Makassar, while the latter was admitted to her sister, Mrs. Angenent in Padang, and: 3 boys, being

L.F.K. Baehr,

which was admitted to the Arnold family here, after having successfully passed the examination for telegraphy,

W. A. ​​P. F. L. Sijnja,

who, also with a favorable result, took an examination for the same branch of service and who was granted accommodation (with his brother-in-law, Mr. Scheffer in Meester Corcelis, and

A. J. G. M. Kiemeneij, who, honorably discharged from the service of the Bataviasche Havenwerken, obtained a placement at the Algemeene Sekretarie and was taken in by mrs. the Wed. Sol here.

 

The requests for girls to help with the household were more numerous than usual last year, so that we have even been obliged to dismiss a few requests or to postpone them until later. It is true that the number of girls who, judging by age, could qualify for a placement elsewhere, is still quite large, but it should not be forgotten that some always find employment in the institution to assist in the care of the children. "r young people, while others, although residing in the Institute, have opened a job in Batavia and, moreover, when applications for girls come to us, our responsibility commands us to test the nature of those applications against the greater or lesser suitability of the individuals, for this purpose to allocate. However, it is also especially difficult for the boys to get a placement and we request the cooperation of owners or managers of agricultural and industrial enterprises in this way, who can in this way ensure the help, on fair terms, of young people who have had a decent primary education. At the initiative of our co-director Mr. H. E. Levert Jr. a start was made with the erection of a gymnastics shed in the yard behind the Institute. From the Profit and Loss Statement attached to this, it appears that we can point to a favorable balance of NLG 646.01 at the end of the year. If this situation can be called satisfactory in comparison with that in which most of us custodial positions find themselves, it must not be forgotten that the maintenance of 60 to 70 children, who, without leaving our statutes, can increase to 90, for which there is room in the Asylum, entails great expense. We therefore trust that, on the basis of this comparatively favorable result, the gentle hand will not be turned away from us, but, on the contrary, will continue to support us, since, without extraordinary circumstances, a deficit would undoubtedly have been recorded, as will be shown below. In contributions and donations received this year: f 10629.97 against. f 12895.36 in 1880, thus showing a reduction of f 2265.89

 

 


C.N.C. Bijvanck Family

C.N.C Bijvanck worked for the Chamber of Commerce in Palembang. Son Gerardus Franciscus Hendrik was born there in 1875 and Maria Carolina in 1877. In 1881 he left with his family for Makassar, where Anetta Maria would join them as housekeeper

 

Mr. Händel
Anetta Maria, who called herself Maria or Marie, was born on december 1862, in Bandung, back then still a tiny village, where she spent her younger years. The name of her mother is not certain. The mother of her older brother David Pieter is called Tjam Lon Nio. The mother of her younger siblings is called Po Nio.

After the passing away of her father she moved to Batavia with her siblings and mother. After Dorus died, his wife and the children moved to Batavia where they could get proper education.  One day she left Batavia and went to Singapore . According to her nephew Antopn Pieter Makatita, she went there with a man called  Händel from Switzerland. That relationship ended. As a single parent, she raises several children. No one knows wether these children were her biological children. Two of these children are known by name. One is Deniis and another is Gustave Alphonso. They recieve their last name from Anetta Second husband. Gustave Alphonso I find in the Straits Settlement Blue book for the year 1926. He is mentioned as a clerk at the postoffice, where he works as senior mailofficer. It appears that he got job on july 1, 1926. His annual salary was 900 Singapore dollars. According to a genealogy I foun on the internet he was born in 1880. It's a genealogy of Burghers en Eurasians. In 1931 he became inspector of postmen, 1 grade. 

 




Henry Deans

Short after her period with Händel, she met Henry Deans, born in 1858, Newton-upon-Ayr, Ayrshire, Scotland. Henry is a sailor. Among other assignments, he was captain of a steamship called the 'Glennfalloch', wich was the third copy of ships build by shipbuilder River Clyde shipyards of the London & Glasgow E. & I,  situated in Govan, Glasgow. The ship was finished and delivered in 1873 at her new owners Alan C. Gow & Company, Scotland. This type of ship was especially used for the line to Penang Malakka and Singapore. In 1897 the ship was sold to Singapore shipping company Lim Ho Puah. henry remained captain untill his death. Henry and Anetta Maria got married on september 4, 1902 in Singapore. henry is 44 years old. Anetta Maria is 39 years old. As earlier was mentioned, Henry adopted Anetta Maria's children so he could give them his family name. They lived at a rental house on Kramat road in Singapore. Henry died and was buried in the kampong Java road cemetery, that was demolished in the 80's. There's a new  new park called Kampng Java road. Now, Anetta Maria is a single parent again.  In the left column there's a report about the Glenfalloch from The Straits Times of September 14, 1907.

 

 

 

 

 

 

I also found the next article in the Batavian newspaper of 11-03-1904:


Per ss. Real. will depart tomorrow morning 9am for Billiton, Singapore, Penang, Sabaog. Sambas. Pemangkat and Singkawang: R. Tedeschi, Th. Preotisen wife, madam, Wortman, Mrs. Badart and child, Hasan Abdat, Kasteleijn, Mrs. Deans and child, Mrs. Latina Lingeri and deck passengers.


Frederick Richard Day (Fred)
Anetta Maria finds her third partner in Richard Frederik Day (Fred). Fred, who initially was a sailor, became the hotelmanager of Hotel de la Paix in Colemanstreet. Back then this hotel was one of the finest hotels in Singapore. It was build in 1865. in George Murray Reith’s manual for Singapore and in the 1902 edition of the Singapore and Straits Directory, Hotel de la Paix is described as a first-class hotel located in “one of the healthiest and most central localities of the city”, and “within easy distance of telegraph, post and other offices”. De advertenties melden ook de hotel’s telephonic communication to all parts of the city; its unparalleled cuisine; quality wines and spirits; comfortable beds; and the well-furnished sitting rooms, showers, cold baths and billiard tables. The building was demolished in 1965 to make way for the Peninsula Shopping Centre. below is a picture of the Hotel de la Paix, Singapore. According to her nephew Anton Pieter Makatita, Anetta Maria also owned a boutique. Fred and Anetta Maria had a son named Richard. His nickname was Dicky.

 

 

Anetta Maria and Fred both passed away in Singapore in the 1930's. Richard Frederick Day pre-deaceased Annetta Maria and his wish was to be cremated and his ashes scattered in the sea. The reason was because he had been a sailor and a ship’s captain most of his life and he loved the sea.

Later on when Annetta Maria also passed away, she told her family that she also wished to be cremated and her ashes scattered in the sea so that she could once again be joined with her beloved husband Richard Frederick Day in the after life. Robert Andrew Deans was one of her sons who actually lit the cremation fire.

Links, Anetta Maria en het oude Hotal de la Paix. Rechts Fred Day met zijn stiefkleinzoon

On the left, Anetta Maria, and the Hotel de la Paix. On the right, Fred Day with his stephgrandson

Onder een officieel kopie uit de burgerlijke stand van Singapore van de trouwakte van Anetta Maria Kesler en Harry Deans, opgemaakt in 1965. In de kolom 'condition' wordt spinster vermeld. Daarmee wordt een oudere ongetrouwde dame bedoeld. 

Below is a official copy from the Civil registration of fice of Henry Deans and Anetta Maria Kesler's marriage certificate from 1965. The word 'spinster' means an older unmarried woman.

Bronnen:

 

Vragen en reacties op deze pagina kunnen hieronder geplaatst worden:

Maak jouw eigen website met JouwWeb